De inburgeringscursus, les 48: het ziekenhuis

Inmiddels is het al bijna een jaar geleden dat ik naar Athene ben verhuisd. Een jaar vol verrassingen en hoewel ze hier niet aan officiële inburgeringscursussen doen, heb ik heel wat ‘lessen gevolgd’. Ik neem jullie mee naar één van mijn ´lessen´…

In augustus vierde ik vakantie bij mijn schoonfamilie, op Santorini! Het beroemde eiland met witte huisjes en blauwe daken, waar hotelkamers van €1500,- per nacht heel normaal zijn en waar oude mannen nonchalant hun ezel voor het café aan een boom binden, om binnen even een bakkie te doen. Mijn vriend Angelos heeft hier een restaurant, dus de hele zomer werkt hij op wat vaak omschreven wordt als een van de meest romantische eilanden ter wereld. Ik denk dat het romantischer is als je vriend niet zeven lange dagen per week werkt, en de enige die tijd heeft om met je op date te gaan, je hond is… Doe mij maar een romantische winter in Athene, als het toeristenseizoen weer voorbij is! Maar samen op Santorini is sowieso beter dan hij daar en ik in Athene, dus ik zal het imago van Santorini niet verder ter discussie stellen.

Bij een restaurant hoort ook een kok en bij deze kok hoort toevallig een Rottweiler. Een hele nare Rottweiler om meer precies te zijn. Nou ben ik niet zo bang voor honden, maar sommige waarschuwingen zijn terecht. Op een kwade dag liep ze met haar baasje langs mij en kwam blij kwispelend op mij af om aan mijn voeten te snuffelen. En daar ging ik de mist in. Ik aaide haar. Dat had ik niet moeten doen. In een fractie van een seconde veranderde de vrolijk kwispelende hond in een bek met tanden. Een bek met tanden met mijn arm fijn geplet daartussen. Gelukkig liet ze ook meteen weer los, alleen een waarschuwingsbeet (niemand wist wat de waarschuwing precies was), maar het leed was al geschiet, de tanden stonden er mooi in het rood ingegraveerd. Les 1: nooit een hond aaien als je al gewaarschuwd bent dat ze onbetrouwbaar is. Dit is een universele les en ik wil daar aan toevoegen: aai nooit een hond zonder uitdrukkelijke toestemming van de eigenaar.

Maar daar is nog niets cultureels aan, nu begint de inburgeringscursus. Mijn schoonvader sprong meteen in de auto, want het bloedde een beetje, dus we moesten naar het ziekenhuis. Ze hebben geen echt ziekenhuis, alleen een soort eerste hulp post. Een hele trage eerste hulp post. Want wie heeft haast bij de eerste hulp? En wie heeft een goed georganiseerd ziekenhuis nodig op een eiland waar dagelijks slechts 10.000 mensen passeren? Toen ik aankwam en mij aanmeldde bij de receptie (waar ze ondanks dat ze mijn paspoort in haar hand had en het nog een keer nagevraagd had, alsnog het voor elkaar kreeg om mijn naam volledig verkeerd neer te zetten), kwam er een meisje vragen om ijs. Ik vermoed dat haar vriend een klap op zijn hoofd had gehad, hij lag kreunend op een bankje in de wachtruimte. Maar nee, er was geen ijs. Misschien in de kantine buiten het ziekenhuis?

Hmm, oké…

Na een tijdje gewacht te hebben, was het mijn beurt, en zonder verdere poespas werd de beet ontsmet en kreeg ik een receptje mee voor de apotheek. Antibiotica en een tetanusprik.

Moest ik ook de prik in de apotheek halen?

Ja.

En zouden ze hem daar dan zetten?

Misschien.

Zo niet, dan moest ik maar terug komen naar het ziekenhuis.

Hmm, oké…

En terwijl wij het ziekenhuis uitlopen, loopt ook het meisje dat om ijs had gevraagd met haar vriend naar buiten.

“Wij gaan hoor, dit duurt te lang…”

Kennelijk waren ze nog altijd niet geholpen.

Hmm, oké…

Toen we eindelijk een apotheek gevonden hadden die op zondag open was in het stadje verderop, kreeg ik daar keurig alles wat op het receptje stond. Maar de prik konden zij niet zetten, daarvoor moest ik maar naar het ziekenhuis.

Hmm, oke…

Na een paar dagen realiseerde ik mij echter dat ik niet genoeg antibiotica tabletten had gekregen. Er zaten er 16 in het doosje, maar als je er zeven dagen lang drie per dag moet innemen… Dus ik in ons eigen dorp Perissa naar de apotheek, of ik nog 5 tabletten kon krijgen.

Nee, hij kon ze alleen per heel doosje verkopen.

Hmm, oke…

En wat moest ik dan doen met de tabletten die ik over had, kon ik die weer inleveren?

Oh nee, die kon ik gewoon weggooien, dat doet toch iedereen.

Ja, maar het is niet de bedoeling toch?

Met enige twijfel op zijn gezicht dacht hij dat ik ze ook wel weer bij hem kon inleveren of in het ziekenhuis…

Hmm, oke, dan doen we dat. Ik neem er 5 mee, dan mag jij de andere 11 houden.

Hij keek alsof dit het meest bizarre was dat hij de hele zomer had meegemaakt.

Uiteindelijk viel het allemaal reuze mee. Afgezien van dat mijn arm een beetje beurs was, heb ik nergens last van gehad. Wel heb ik mijn lesje geleerd, over de wondere wereld van ziekenhuizen en apotheken in Griekenland en niet te vergeten, ik zal nooit meer in de buurt van deze hond komen!